Alles over mij
De eerste jaren en voortschrijdend inzicht
Hoe je stadsgrachten blijvend schoonhoudt én aantrekkelijk maakt voor mens en dier
De gemeente Leiden had last van veel drijfvuil in de grachten, door meeuwen die afvalzakken openscheurden. Daardoor woei veel vuil het water in. De gemeente plaatste ondergrondse containers, maar bleef last houden van drijfvuil en kon de vinger er niet precies op leggen.
Ambtenaren raakten met mij in gesprek. Ik vroeg: “Zijn er hotspots, waar dat vuil zich ophoopt? Waar gaat het goed en waar drijft juist veel vuil?” De Havenwijk bleek geen probleem te zijn, omdat bewoners daar het drijfvuil zelf met een schepnet opvissen.
De gemeente zei: "Dat willen we in die 40 andere wijken ook wel!" Ik richtte daarop met een aantal partners de Taskforce Drijfvuilvissen op. Samen met Stichting de Leidse Rederij, reïntegreerders en de gemeente trokken we in het vaarseizoen elke 3 weken ten strijde tegen het afval in de grachten. Inmiddels gaat Plasticspotter er met de wekelijks volgeboekte kanovloot op uit. Geleid door Liselotte Rambonnet en Auke-Florian Hiemstra zet dat echt zoden aan de dijk! Bovendien wordt er wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de herkomst van het drijfvuil.
Grofvuil kwam ik regelmatig tegen als ik snorkelend de vissen telde in de Havenwijk. Die fietsen en winkelwagens haalde ik er met bewoners uit. Gijs Oud IJzer kwam ze graag ophalen. Voor veel deelnemers én passanten is zo'n 'fietskasteel' de eerste échte kennismaking met wat er in de grachten zit - en vooral met wat er wel en níet in thuishoort.
Inmiddels hebben we samen ontdekt dat deze kunstriffen veel vissen aantrekken: daarom laten we ze liggen als ze geen gevaar voor bootverkeer opleveren.
Ook leggen we watertuinen aan, die met hun grote wortelpartijen de vis teruglokken naar de opgeschoonde grachten. Dit is een mooi voorbeeld van voortschrijdend inzicht dat in samenwerking met alle partners in tien jaar is behaald.
Verbinding
Nagenoeg alle Leidse wateren staan met elkaar in verbinding, dus het vuil verspreidt zich gemakkelijk. Als je één wijk opschoont, help je daarmee andere wijken ook. Daarom is het zo belangrijk om dit probleem met zo veel mogelijk bewoners (en dus in zoveel mogelijk wijken) tegelijkertijd aan te pakken.
Ook hier is 'verbinding' het sleutelwoord: verbinding tussen verschillende partijen, zoals bewoners en de gemeente. Met mijn enthousiasme krijg ik snel mensen mee, die op hun beurt ook weer enthousiast worden.
Die verbinding heeft verschillende voordelen:
- Bewoners zorgen samen voor een schonere omgeving en raken meer betrokken bij elkaar.
- Terwijl ze bezig zijn, kijken ze voor het eerst dóór het wateroppervlak heen en leren daardoor hun 'onderwaterburen' beter kennen.
- Meer sociale cohesie, meer woongenot én meer sociale controle zorgt voor een leukere buurt.
- Gemeenten hoeven minder te doen voor meer resultaat.
- Actieve bewoners faciliteren is de sleutel tot succes.
- Gemeenten besparen daarmee geld.
- Kinderen vinden het leuk om te helpen, vooral als je ze uitlegt dat in blikjes, zakjes en dergelijke beestjes kunnen zitten. Ze zijn lekker buiten en ze leren beter naar de natuur te kijken. Kinderen inspireren op hun beurt hun ouders weer.
- Zo creëren we ambassadeurs voor schoon stadswater, dat op steeds meer manieren gebruikt wordt.
Ontwikkelen van passie voor stadsnatuur
Tijdens het drijfvuilvissen zien mensen vaak voor het eerst een snoek of karper. Dat vergeten ze nooit meer! Zo ontwikkelen kinderen én volwassenen passie voor stadsnatuur en weten ze opeens waar ze het voor doen.
Vaak helpen ze daarna ook met vissenmonitoring, omdat ze écht geïnteresseerd zijn geraakt in wat er zoal leeft in de stadsgrachten.
Zo veel mogelijk goede PR
Een schone stad is goede PR voor de gemeente, ook voor toeristische branche. In Amsterdam speelt dat geregeld, maar dan in negatieve vorm; daar klagen bewoners en toeristen dat de stadswateren één grote vuilnisbelt lijken.
Positieve PR rondom de grachten komt in Leiden vaak voor: ik duik regelmatig een bijzondere vondst op, zoals een kluis met inhoud of nieuwe diersoort. Dat is een mooi moment voor de lokale én social media, waardoor de gemeente positieve aandacht krijgt.
Verder bof ik dat veel ambtenaren goed méé en out of the box denken over de stadswatervragen die ik stel. Tot op heden ben ik -voor zover ik weet- de enige stadssnorkelaar in het land. Het is een unieke functie die ik met liefde en vol passie bekleed.
In 2015 ontving ik de landelijke Passieprijs en in 2022 werd ik opgenomen in de Leidse TOP 50 van meest invloedrijke vrouwen.
Kreeften in de gracht
Elke stad heeft bijzondere diersoorten in de grachten, die je vaak niet verwacht. Leiden bijvoorbeeld heeft niet alleen vissen, maar ook enorm veel kreeften en een paar dozijn schildpadden.
Die vallen alléén op, als de grachten verder schoon zijn. En dat bereik je alleen maar sámen, mét de bewoners.
De kreeftenplaag groeit: de bewoners -inmiddels ervaren vissenmonitors- zien minder waterplanten, troebeler water en zelfs ondervoede zwanen. Zij trekken aan de bel, waardoor het kreeftonderzoek nu op volle kracht vooruit gaat.
Crustacea bikken met de harde klauwen namelijk ook rubber, hout en zelfs oude mortel uit de kademuren, om een veilige woonomgeving te creëren. Dat leidt tot schade en dat is kostbaar.
Aaf snorkelt op 'ooghoogte' met kreeften, maar ook met hun natuurlijk vijanden. Zien die de tienpotigen inmiddels al als voer? Onderzoek in het veld en de stadsgrachtenaquaria vordert gestaag. Aaf verwacht dat wanneer je de natuurlijke vijanden in de watten legt, en als mensen meehelpen, de kreeftenstand vanzelf in balans komt met de rest van de natuur.
Gratis tips
Wie is Aaf Verkade
Door het project Kat uit de Gracht ben ik in de Leidse stadswateren terechtgekomen. Ik controleerde zwemmend of de kattenklimtouwen, die ik met mijn buurtgenoten had opgehangen, nog wel stevig aan de kademuren hingen. "Hé, wat is ons grachtenwater eigenlijk helder!" dacht ik. Ik zette mijn duikbril op, deed mijn zwemvliezen aan en begon te snorkelen. Ik noemde alles wat ik zag 'karper', maar dat klopte natuurlijk niet. Ik zwom al decennia met wilde dolfijnen, maar was vanaf toen meteen fan van het 'snorkelparadijs' voor mijn deur.
Snorkelen in schone stadswateren
Ik ben me gaan verdiepen in deze leefwereld en heb speciale toestemming gekregen van de gemeente: Ik ben namelijk de enige persoon in Leiden die snorkelend mag werken in de stadswateren. Zo ben ik nu al ruim 9 jaar bezig om voor de gemeente Leiden te inventariseren wat er leeft en hoe de biotopen onder water werken. Veel dieren hebben een eigen territorium onder het oppervlak. En bekend maakt bemind, waardoor meer bewoners helpen de grachten schoon te houden.
Het leven in de blauwe stadsnatuur
Via het wijkproject Kat uit de gracht ben ik gaan meedenken over alternatieve reddingsmiddelen voor zwemmende katten, zoals watertuinen. Daardoor zagen buurtgenoten mij steeds vaker over één van de vele bruggen in mijn wijk hangen, om te kijken hoe die watertuinen erbij lagen. En ze zagen me snorkelen. Ze gingen mij volgen. Ik vertelde dan enthousiast over wat ik zag, en daar werden zij weer enthousiast van. Steeds vaker hielpen ze kluizen opduiken en detective spelen, om te kijken waar de inhoud vandaan kwam.
Zo is op organische wijze mijn buurt en vervolgens tientallen wijken heel betrokken geraakt bij de blauwe stadsnatuur. Velen helpen nog altijd met van alles en nog wat en ik ben de spin in hun stadsgrachtenweb. Ik breng Leidenaars, sportvissers en de gemeente op één lijn, om de stad optimaal te maken voor alle bewoners, boven én onder water.
Tegenwoordig adviseer ik gemeenten en instanties over dit soort burgerparticipatieprojecten in combinatie met natuuronderzoek. Educatieve instellingen zoals kinderopvang, basis- en middelbare scholen weten me te vinden voor extracurriculair onderwijs: Ik geef op maat gemaakte, unieke presentaties vanuit het water en neem vaak grachtbewoners mee. Zo sta ik voor de klas, zowel voor kinderen als docenten!
De organisaties met wie ik de blauwe stadsnatuur op de kaart zet, zijn o.a.:
Vaak in de media
Ik ben met mijn unieke werk al vaak in de media geweest. Niet alleen in lokale kranten, maar ook in de landelijke media, zoals de NRC en bij Vroege Vogels op tv en de radio. Ik word zelfs zó vaak benaderd voor interviews en reportages, dat ik journalisten regelmatig moet teleurstellen.